Na 2 dagen uitstel op Don Det ging het er dan toch van komen. Mijn vertrek naar Seam Reap in Cambodja. Een zwaar afscheid. En dat is altijd zo als je het gezellig hebt gehad met mensen. Maar voordat ik de bus instapte had ik alweer een Nederlander ontmoet waar ik meteen alweer een goed gesprek mee had. Samen reisden we richting Cambodja. Mijn eerste stop is Seam Reap om de beroemde Angkor tempels te bezoeken, één van de zeven wereldwonderen. Dit zijn verschillende tempels gelegen in de omgeving van Seam Reap. Ik heb mij in 1 dag laten rondrijden door een Tuk Tuk voor 15 dollar wat op zich nog duur was. Aan het eind van de dag heb ik mij samen met mijn tuktukdriver gewaagd aan de heerlijke knapperige locale snack. Namelijk de insecten. Na 1 had ik er wel genoeg van maar mijn chauffeur schijnt allerlei soorten insecten en spinnen te eten. Ik moet hem nageven dat het niet slecht smaakt. Maar het blijft het idee dat mij bijna doet overgeven bij het doorslikken van het knapperige snackje.
Cambodja is net als de andere indochinese landen een arm land. Gemiddeld verdiend een persoon ongeveer 50 dollar per maand en staat daar zon 80% af aan hun ouders. En de armoede is te merken. Iedereen probeert op alle manieren geld te verdienen maar gelukkig blijven ze aardig tegen toeristen. Voordat ik Cambodja in ging ben ik gewaarschuwd dat ik mijn Chinese schild weer op moest zetten. Maar tot nu toe zijn de mensen nog heel behulpzaam en betrouwbaar.
Cambodja is wel het eerste land waar ik kinderen heb moeten afwijzen die mij iets wouden verkopen. En dat gebeurt regelmatig op allerlei tijden en plaatsen. Zelfs 1 uur in de nacht als je op een terrasje zit.
Via mijn tuktukdriver ben ik achter de geschiedenis van deze kinderen gekomen. De kinderen gaan maar 1 dagdeel naar school. De overige tijd besteden zij aan het verkopen van ansichtkaarten of andere onzin aan toeristen. Dit doen zij voor overkoepelende organisaties die een klein deel van dit geld aan de kinderen geeft. De kinderen worden vaak voor dit werk gelokt met valse beloftes als het krijgen van een fiets. Daarnaast hebben de kinderen ook de keuze om naar gesponsorde projecten te gaan. Een soort van school naast hun school. Hier leren ze dan creatieve dingen zoals tekenen, schilderen e.d. Dit project wordt uitgevoerd door westerse vrijwilligers en gesponsord door bijvoorbeeld Deloitte.
Seam Reap is ongeveer net zo groot als Diemen. Klein maar fijn. Ik ben er dan ook weer langer gebleven dan ik had verwacht. Het stikt er van de toeristen en oogt naar mijn idee niet direct arm aan het straatbeeld te zien. Het is volledig op toeristen ingericht. Een overvloed aan restaurants, tuktuk drivers, verkoopkinderen, Japanse toeristenbussen en een hele mooie pub street vol met Westerlingen. Door het overvloed aan alles zijn de prijzen bizar. 1 dollar voor een ontbijt, lunch of Diner en 0,50 dollarcent voor een tapbier in de pubstraat. Overal proberen ze je naar binnen te praten. De tuktuk chauffeurs concurreren elkaar net zo dood waardoor ze soms maar voor 1 dollar per dag aan het werk zijn. Ze hebben in ieder geval wel romantiek. “You want to see sunset with me?” klonk het opeens. Ze doen er een moord voor om mij naar het meer te brengen voor de zonsondergang. En gelukkig ben ik sinds de 4000 eilanden in een goed humeur waardoor ik vaak met al deze mensen kan lachen.
Na Seam Reap ben ik met de bus door gegaan naar Battambang. En voor ieder die het wil weten, wildplassen in Cambodja is legaal en normaal. Als de busreis een paar uur heeft geduurd stopt hij op een random plaats langs het weiland. Meer dan de helft van de bus stapt uit, zowel mannen, vrouwen als kinderen. De broek gaat naar beneden en lossen maar. De vrouwen hebben een speciaal schort dat zij om hun heen slaan tijdens hun behoefte. Rare mensen die Aziaten. Voor mij gaat dit er niet in. Ik heb op zijn minst een beschutte plek en een boom nodig.
Battambeng is een klein plaatsje waar in het stadje zelf op zich niet veel bijzonders te zien is. Maar na een tijdje Azië is niets bijzonder meer. Wel moet ik jullie vertellen dat ik hier genoten heb van een heerlijk ijs sandwich. Een pistolet met 5 bollen ijs erin. De taalbarrière met de verkoper van dit stalletje maakte dit allemaal mogelijk. Ook zag ik onderweg op mijn dagtoer buiten Battambang een Barbekoe. Dat is een hele koe op het spit hangend boven een kolen bbq. Wat mij ook op viel is dat er echt geen vlees op de nog levende koeien zit hier. Hieruit is de armoede wel weer te blijken. Zelfs de koeien moeten er aan geloven.
Buiten Battambang was het zeker de dagtrip waard om met een tuktuk rond te gaan. Dit heb ik dan ook samen met een Amerikaan gedaan die ik tegenkwam in de bus hierheen. We zijn in de machtige bamboetrein geweest, een plaat gemaakt van bamboe die op 2 wielassen is bevestigd met een dieselmotortje en een rubberen band naar de wielen om de trein aan te drijven. Zie de foto in deze blog voor een beschrijving. Ook hebben een wijnproeverij bezocht, een paar tempels en de killing caves. De killing caves waren vrij interessant. In 1975 tot 1979 wou de Cambodjaanse regering alle slimme mensen uitmoorden. Alle doktoren, hoog geleerden, leraren, hoog opgeleiden e.d. werden op deze plaats gevangen gehouden en afgemaakt. Dit werd gedaan d.m.v. van een steen die ze moesten dragen en vervolgens werden ze de afgrond ingeduwd. Zeer indrukwekkend.
Momenteel zit ik in de bus naar Phnom Phen. Binnen korte tijd zal ik mij naar Thailand begeven. Mijn eerste plan was om wat eilanden te bezoeken die momenteel overstroomd zijn. Ik zal iedereen gerust stellen. Dat plan stel ik nog maar even uit.